HP Deskjet 995c Printer series - inktpatronen handmatig reinigen

background image

inktpatronen handmatig reinigen

Als de printer in een stoffige omgeving wordt gebruikt, kan er zich wat vuil
vastzetten in de behuizing van de printer. Deze verontreinigingen kunnen
stof-, haar-, tapijt- of kledingvezels bevatten. Wanneer het vuil op de
inktpatronen en de houder terecht komt, kan het inktstrepen en vlekken op de
afgedrukte pagina´ s veroorzaken. Inktstrepen zijn gemakkelijk te verhelpen
door de patronen en de houder handmatig te reinigen.

reinigingsbenodigdheden

U heeft het volgende nodig als u de inktpatronen en de houder wilt reinigen:

• Gedestilleerd of gebotteld water. Leidingwater bevat verontreinigende

stoffen die de inktpatronen kunnen beschadigen.

• Wattenstaafjes of ander zacht, pluisvrij materiaal dat niet aan de

patronen blijft kleven.

Let op dat u geen inkt op uw handen of kleding krijgt tijdens
het schoonmaken.

voorbereiding

Verwijder de inktpatronen uit de printer voordat u met reinigen begint.

1.

Druk op de

Aan/uit

-knop om de printer aan te zetten. Zet de

printerkap omhoog.
De inktpatronen verplaatsen zich naar het midden van de printer.

2.

Maak het netsnoer van de achterzijde van de printer los.

3.

Verwijder de inktpatronen en plaats deze op een stuk papier met de
sproeikop naar boven gericht.
Zie de illustratie in “De inktpatronen en de inktpatroonhouder reinigen”
voor de plaats van de sproeikop.

Laat de patronen niet langer dan een half uur buiten de printer.

Let op!

Raak de inktsproeiers of de koperen contactpunten van de

inktpatroon niet aan. Verwijder de koperen strips niet.

background image

70

de inktpatronen en de inktpatroonhouder reinigen

1.

Dompel het uiteinde van een wattenstaafje in gedestilleerd water en en
knijp het overtollige water eruit.

2.

Reinig het oppervlak en de randen van de eerste inktpatroon met het
wattenstaafje, zoals in de volgende afbeelding wordt weergegeven.
Veeg

NIET

over de sproeikop.

1. Sproeikop 2. Reinig deze gebieden

3.

Controleer of er zich geen vezels op het oppervlak of de
randen bevinden.
Herhaal bovenstaande stappen 1 en 2 en controleer of er nog vezels
aanwezig zijn.

4.

Herhaal het reinigingsproces voor de andere inktpatroon.

background image

71

5.

Veeg de onderkant van de behuizing van de inktpatroonhouder af met
schone, met water bevochtigde wattenstaafjes.
Herhaal dit proces totdat er geen inkt meer op een schoon wattenstaafje
zichtbaar is.

1. Inktpatroonhouder 2. Behuizing van houder

6.

Plaats de inktpatronen terug en sluit de printerkap.

7.

Sluit het netsnoer weer op de achterzijde van de printer aan.

8.

Druk een testpagina af via de HP Deskjet Werkset door

Een testpagina

afdrukken

te kiezen.

9.

Herhaal de reinigingsprocedure als er nog steeds inktstrepen op de
afdrukken zichtbaar zijn.

Zie ook:

hp deskjet werkset

background image

72